stad © A. van Roekel


[home]

‘Als de Duitsers het kunnen, kunnen wij het ook’

© Annemieke van Roekel / De Vuurberg


Offshore windenergie levert Duitsland duizenden banen op
© Alpha Ventus 1 juli 2011 - In een tijd dat ‘duurzaamheid’ een bijna leeg containerbegrip is geworden, probeert Amsterdam er nog iets moois van te maken. Op het Bedrijvenfestival Amsterdam Duurzaam, op 1 juli, ontmoetten verschillende Amsterdamse bedrijven elkaar met maar één doel: hoe kunnen we duurzaam aan de slag en elkaar hierbij inspireren.

Inmiddels staat duurzaam niet meer voor uitsluitend milieuvriendelijk, zoals een jaar of tien geleden nog het geval was. Doortimmerde levenscyclusanalyses werden toen opgezet om de milieubelasting van een product van wieg tot graf tot op meerder cijfers achter de komma door te rekenen. Naast milieubelasting in brede zin omvat het duurzaamheidsbegrip nu ook de CO2-belasting sec (één milieu-aspect), een lange levensduur, maar ook de sociale dimensie zoals arbeidsparticipatie.

Zo heeft het Amsterdamse energiebedrijf Nuon-Vattenfall vier pijlers geformuleerd waarop het op duurzaamheid gerichte bedrijfsbeleid stoelt: naast wonen, vervoer en hergebruik is dat ook de maatschappelijke betrokkenheid. Via werkgelegenheidstrajecten als step2work en step2save worden werkplekken gecreëerd voor energieadviseurs. Volgens Nuon-projectleider Alwin Nagel is meer dan de helft van de deelnemers na twee jaar nog steeds als e-adviseur actief.

Verschillende inspirerende Amsterdamse projecten werden gepresenteerd, zoals de Dakdokters, die de vele Amsterdamse "zieke" daken letterlijk nieuw leven in willen blazen door beplanting met onder meer sedum. Vergroening van de daken bevordert niet alleen de leefbaarheid maar ook de levensduur van de bitumen en heeft in alle seizoenen een isolerende werking. Het project GreenGraffiti maakt milieuvriendelijke outdoor reclame: straatreclame zonder verf en papier. Dit wordt op originele wijze uitgevoerd door met een hogedrukspuit door een sjabloon de stoep schoon te spuiten, waarbij de letters oplichten tegen een donkere (vieze) achtergrond. Om het hoge watergebruik te compenseren, wordt per liter vijf cent aan een Afrikaanse waterproject gedoneerd, maar door de hoge waterconsumptie kan dit tot een aardig bedrag oplopen.

De echte peptalk kwam van Ad van Wijk, duurzame energie-pionier, mede-oprichter van het adviesbureau Ecofys, voormalig CEO van Econcern en momenteel buitengewoon hoogleraar Future Energy Systems aan de TU Delft. Zijn missie staat al dertig jaar overeind: duurzame energie moet bereikbaar worden voor iedereen; de techniek bestaat, we moeten deze alleen nog ‘implementeren’. Dat dit implementeren niet van een leien dakje gaat, ondervond Van Wijk aan den lijve toen als gevolg van een vrije val van de olieprijs zijn bedrijf Ecocern - dat aan de wieg stond van het eerste Nederlandse offshore windpark - in 2009 ten onder ging.

Van Wijk spiegelt ons land aan Duitsland. Om alle Duitse kerncentrales binnen tien jaar te kunnen sluiten, moet de elektriciteitsvoorziening naar 34% duurzaam, een verdubbeling ten opzichte van nu. Wat Duitsland binnen tien jaar meer duurzaam gaat opwekken, is in omvang vergelijkbaar met de huidige Nederlandse duurzame elektriciteitsproductie. “Als de Duitsers het kunnen, kunnen wij het ook,” aldus een optimistische Van Wijk.

Maar de televisiebeelden van de in juni tegen kernenergie protesterende Duitsers contrasteren sterk met de lauwe opstelling van het Nederlandse volk, dat steeds minder afwijkt van de kortzichtige en van alle milieubesef verstoken VVD-visie. In een interview met de Technologiekrant wijtte Van Wijk de conservatieve nationale energiepolitiek aan het 'ontbreken van beleidsmakers met technische kennis en de afwezigheid van ondernemerschap'.

De boodschap van Van Wijk in de tochtige hal van de Amsterdamse Westergasfabriek: er is helemaal geen energiecrisis. Energie is er genoeg. De zon geeft ons in één uur evenveel kilowatts als de hele wereldbevolking in een jaar consumeert. Zolang we 98% verspillen is er van een energiecrisis helemaal geen sprake. Denk aan het gebruik van een auto. We verplaatsen ons in “een rijdende kachel van 1000 kilo staal”. Het totale gewicht inbegrepen, komt de efficiency niet boven de 3% uit.

Fossiele bronnen als olie zijn een geconcentreerde energievorm. Nadeel van zon en wind is dat ze verspreid aanwezig zijn, maar de techniek is voorhanden om de verschillende bronnen op elkaar af te stemmen. Ook zouden we meer in functies moeten gaan denken, aldus Van Wijk. In energie als product zijn we helemaal niet geïnteresseerd. We willen een verwarmd huis of kantoor, een gekookt ei, mobiliteit. Die functies moeten we energiezuinig en schoon organiseren. 25% van het mondiale energiegebruik gaat naar het verwarmen en koelen van gebouwen. Een energieprobleem is dit niet, het is een opslagprobleem.

Vanuit dit functiegerichte denken ontwikkelde de TU Delft het concept van 'de gesloten kas', waarbij de overproductie van warmte wordt opgeslagen in aquifers in de bodem; in tijden van warmtebehoefte komt de opgeslagen warmte uit deze buffers weer vrij. “Een revolutie in de tuinbouw,” aldus Van Wijk. De gesloten kassen zijn inmiddels in gebruik in de VS, Duitsland en Zuid-Korea.

Foto: Offshore-windenergie levert Duitsland duizenden banen op. Op de foto de installatie van een REpower-windturbine voor het Duitse offshore windpark Alpha Ventus, een initiatief van een consortium van de energiebedrijven EWE, E.ON en Vattenfall © Alpha Ventus



Meer lezen:

Artikelen over Zon & Wind op www.vuurberg.nl

AmsterdamsMilieu is een initiatief van De Vuurberg Journalistiek & Geo-educatie © Annemieke van Roekel 2011. Niets van deze website mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm, fotokopie, plaatsing van teksten en/of afbeeldingen op andere websites of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.
Laatste wijziging: 7 juli 2011
[home] [top] [contact]